Ezechiëls profetie in vervulling

God vervult Zijn beloften. 1948 is een markeringspunt in de geschiedenis.

 

In de 75 jaar die de staat Israël nu oud is, zijn vele Joden van over de hele wereld teruggekeerd naar ‘het land van hun vaderen’. Ook vanuit Nederland hebben mensen hun alia gemaakt naar Israël. Emigreren, een alia maken, is letterlijk ‘opgaan’ naar Israël. In 2007 maakte Aryel Tsion zijn alia, samen met zijn gezin. Sinds die tijd wonen ze in Israël.

Door Sjon van der Ree Doolaard

Aryel (57) is een orthodoxe jood, wat betekent dat hij leeft bij de Thora. In het interview komen dan ook tal van verwijzingen naar de Bijbelboeken van Mozes en het Oude Testament terug. Aryel is daarbij ook een gids en spreekt veel mensen in Israël, waaronder veel Nederlandstaligen, vanwege zijn eigen Nederlandse wortels. Dit is dus een uitgelezen kans om hem te vragen hoe de Joden in Israël dit jubileum beleven.

Wat betekent 75 jaar Israël voor u?

Ik zie het als een heel bijzonder moment: ondanks alle tegenstand heeft Gods hand ons uit alle landen van de wereld teruggebracht. Zelf kan ik het niet anders zien dan een belangrijk moment waarop de vervulling van de profetieën uit Ezechiël realiteit worden.

LeestipIn het kader van ‘politiek bij een geopende Bijbel’: lees eens Ezechiël 36 en 37.

Kent u ook mensen die 1948 bewust hebben meegemaakt?

“Er zijn er niet veel meer, maar de ouders van kennissen zie ik regelmatig en zij hebben het onafhankelijk worden in 1948 meegemaakt. Voor hen is dat nog meer dan voor ons een emotioneel moment. Ze vertellen over de mengeling van vreugde en angst. Vreugde vanwege deze historische verandering, maar ook angst vanwege de oorlogsdreiging van de omringende landen die deze staat absoluut niet wilden accepteren.”

Hoe wordt hier aandacht aan de onafhankelijkheid besteed?

“Net als in Nederland is er een nationaal (uitgezonden) deel met rollen voor hoogwaardigheidsbekleders, maar ook lokaal worden er allerlei dingen ondernomen. Daarbij staat de gemeenschap vaak centraal. Zo zijn er heel veel gezellige barbecues, bijvoorbeeld.
In de synagoge staat ook een specifiek deel centraal: het Hallel, Psalm 113-118 worden als dankwoorden gereciteerd. Om 8 uur ’s avonds beginnen we daar onze dag mee.”

Hoe reageert de jongere generatie op dit historische moment?

“Jongeren kijken uit naar feest, maar het gaat hier veel dieper, want ze zijn zich bewust van de geschiedenis en van de vijandige realiteit om hen heen.
Als mijn kinderen een onlinespel doen, gaan veel dingen goed, tót het moment waarop blijkt dat ze Joods zijn. Dan ontmoeten ze de vijandigheid. Dat maakt de jonge generaties waakzaam en alert. De geschiedenis wordt bewust verteld en het is niet iets dat ver van hen af staat. Vrede is een heel kostbaar goed. Soms leer je dat met een harde les.

Israël heeft er mee ingestemd dat de Gazastrook werd weggegeven en dat Israël daar niet meer de leiding, of supervisie in dat gebied heeft. De opzet was dat hierdoor de goede wil zou worden getoond en dat er een stap naar vrede zou worden gezet. Echter, het tegenovergestelde bleek de werkelijkheid te zijn. Vanaf dat moment werd de Gazastrook de lanceerbasis van duizenden raketten die op ons en onze burgers werden afgevuurd. Doordat dit de realiteit van vandaag de dag is, leeft ook de jonge generatie met een constante alertheid. Mijn oudste zoon heeft de leeftijd om een militaire opleiding te volgen. Dat is hier dan ook geen keus, maar een vast gegeven.”

Hoeveel reden voor feestvreugde is er eigenlijk als deze dreiging continu gevoeld wordt?

“Je raakt gewend aan dreiging. Het wordt een onderdeel van je leven en je denkt er niet elk moment aan. Als je in Israël een feest meemaakt, zul je merken dat het allemaal veel uitbundiger is dan in het toch wel nuchtere Nederland. Het is alsof je daar al aan ziet dat de vreugde extra wordt benadrukt. Er is blijdschap, want bij dít heugelijke feit ben jij er tenminste nog bij.”

In de media lezen we nu veel over binnenlandse onrust. Verstoort dat deze feestvreugde niet?

“Nee, hierbij moet ik wel iets rechtzetten. De verslaglegging van de protesten zoals die in de Nederlandse en andere Westerse media wordt gedaan, is een blijk van de obsessie die er is voor alles wat Israël doet. Begrijp me niet verkeerd: er zijn protesten, grote protesten. Daarvan zou je echter kunnen zeggen dat het een blijk is van een heel levendige, bruisende democratie in combinatie met de volksaard zoals die hier gewoon is. Maar dan vraag ik me af, waarom er selectief wordt bericht over de protesten tégen de plannen van de regering en waarom de contraprotesten van hetzelfde formaat veel minder, of zelfs geen aandacht krijgen?”

U staat dus kritisch tegenover Westerse media. Waarom is dat?

“De feitelijke situatie die ik hier meemaak, herken ik gewoon niet in wat ik lees en zie. Ook de zogenoemde ‘kwaliteitsmedia’ nemen vooral klakkeloos negatief ingekleurde berichten over van de internationale nieuwsdienst Reuters, maar doen te weinig moeite voor een objectieve weergave. Mijn interpretatie is dat we hier te maken hebben met vooral ‘broodjournalisten’ die dat schrijven wat volgens hen aan het verwachtingspatroon van de lezers tegemoet komt. Dat is schadelijk en voedt de wereldwijde Israëlhaat en het antisemitisme. Gelukkig zijn er wel wat positieve uitzonderingen, maar voor het overgrote deel zou mijn advies zijn: kom zelf eens langs en vorm je eigen journalistieke mening op basis van de feiten.”

Welk effect hebben deze en ook de fysieke dreigingen op u?

“Praktisch gezien kom ik juist hierdoor ook veel op andere (sociale) media, zoals Telegramkanalen waar je een breed palet aan informatie uit de eerste hand kunt krijgen.
Maar mijn levenshouding wil ik niet laten beïnvloeden. De ongebreidelde haat en agressie die je ontmoet, mag niet je leven gaan beheersten. Ik wil daarin proberen om Gods wil te volgen door in de gemeenschap waarin ik geplaatst ben, mijn aandeel te leveren, te zorgen voor de behoeftige naasten en me telkens af te vragen: wat zou God van mij willen? Door die vraag te stellen breng je als het ware het ‘Goddelijke’ in de wereld. Met andere woorden: de haters kunnen daarin iets van God ervaren. Dat is de drijfveer, de energie in mijn leven, om zo in Godsvertrouwen te leven en iets van God te kunnen laten zien.”

Hoe ziet u vrede dan voor u?

“Ik denk dan aan het voorbeeld van Nederland waarin verschillende groepen mensen in redelijke eensgezindheid naast elkaar kunnen leven en kunnen samenwerken. Vrede is voor mij dus niet alleen dat je elkaar niet beschiet, maar meer nog dat je naast elkaar kunt leven en wilt wonen door acceptatie van elkaar.”

Hebt u ook Gods hand in de geschiedenis en in uw geschiedenis kunnen zien?

“Jazeker! Onlangs was ik in Jeruzalem. De sirenes gaan af en er is dreiging, waar ik me dan nog niet van bewust ben. Later kom je erachter dat er op korte afstand een aanslag is gepleegd. Maar mij heeft het toen niet getroffen. Als je er oog voor hebt, zie je daarin Gods hand.

Ik ben heel hoopvol - ondanks dat wat ik om me heen zie - en richt me vooral op de beloften die in de Bijbel geschreven staan

Zo ook in de geschiedenis van ons land. Bij de Zesdaagse Oorlog (1967) zie je de aanvallers van alle kanten klaarstaan om Israël onder de voet te lopen. Er deed zelfs een sarcastisch grapje de ronde in Israël: ‘wil de laatste het licht uitdoen?’ Er heerst discussie over wat te doen. Sommigen zeggen: anticiperen en eerst aanvallen, om zelf nog een voorsprong te hebben nu de aanval van de vijand helemaal zeker is.

Anderen zeggen: niet aanvallen. Toen de keuze viel om zelf als eerst met een snelle aanval de luchtmacht van Egypte aan te vallen, werd daarmee een uiterst benauwde situatie in ons voordeel omgebogen. De seculiere minister van Defensie Moshe Dayan werd gevraagd waardoor dit wonderlijke had kunnen gebeuren. Hij zei: zeg maar dat we een goed leger hebben. Maar dat was helemaal niet het geval. Onder normale omstandigheden was het verkeerd voor ons uitgepakt. Ik zie dit als Gods hand en géén toeval. Zo zie je keer op keer dat Hij redt uit benarde omstandigheden. Een recenter voorval is dat Israël niet is geraakt in de bankencrisis. Ons land had daardoor ernstig verzwakt kunnen raken, maar als je er oog voor hebt, kun je hier net als ik de hand van God in zien.”

Hoe ziet u Israël zoals het nu is?

“Israël is door Gods zegenende hand een mooi land geworden. Een beschrijving waar ik me in kan vinden is te lezen in Psalm 126. Het is mijn bevinding dat ik hier 'thuis ben. Dat is een groot voorrecht.
Als ik om me heen kijk, zie ik een land dat op medisch gebied, met uitvindingen, intelligentie en economie is een sterk land is met ook vele startups. De Israëlische munteenheid, shekel, is een sterk, zo niet de sterkste ter wereld. Nu heb ik defensie nog niet eens genoemd, want ook dat is op een heel hoog niveau. Juist ondanks deze grote financiële post (60% van het overheidsbudget), zijn die andere terreinen op een bijzonder hoog niveau.”

En u mag mensen daarin rondleiden als gids?

“Inderdaad, in Israël zijn zo’n 8.000 gidsen. De meesten wagen zich niet in grote delen van het Bijbelse Judea en Samaría. Ik ben er daar slechts een van de 30. En van die 30 spreekt er een enkeling Nederlands. Ik vind het een enorm voorrecht om hier te mogen wonen en om anderen dit ook te laten zien.”

Wat verwacht u van de toekomst?

Ik ben heel hoopvol - ondanks dat wat ik om me heen zie - en richt me vooral op de beloften die in de Bijbel geschreven staan. Dat deed Abraham in zijn tijd. Dat deden we in de achterliggende 75 jaar en ook in de toekomst geldt wat mijn Godvrezende moeder vaak uit Psalm 68 citeerde: ‘Het is Israëls God die krachten geeft’.”


Contactgegevens voor Nederlandstalige gids Aryel zijn bij het partijbureau van de SGP beschikbaar via debanier@sgp.nl.

Bijschrift bij de regenboogfoto: Uit de vervulling van Gods beloften, blijkt Zijn verbondstrouw. De regenboog boven het Bijbelse hartland is een symbool van Gods trouw.