22 februari 2013
Amerika als wegwijzer?
Volgens de borreltafelpraat lijkt het sociale vangnet in Nederland te veel op een hangmat. Daar zouden politici nu eens fors het mes in moeten zetten! Minder uitkeringen, minder ambtenaren, minder belastingen. Iedereen wordt daar wijzer van.
Iedereen? Denk eens aan de nabestaanden, van wie de uitkering teruggaat naar slechts twaalf maanden. Aan de oudere die nu geen vergoeding meer krijgt voor de huishoudelijke hulp. Aan de werkloze met een kortere uitkeringsduur. Aan de wsw’er die op een wachtlijst komt voor de sociale werkplaats…
Veel pleitbezorgers van een kleiner sociaal vangnet zien de Verenigde Staten van Amerika als lichtend voorbeeld. Want daar zijn de belastingen veel lager. De overheid spendeert er veel minder aan dure sociale voorzieningen. De overheid bemoeit zich overal veel minder mee. Een beeld waarbij rechtse kiezers de vingers aflikken.
Inderdaad, een beeld. Nu de feiten. Onderzoekers van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling hebben de netto sociale uitgaven van dertig westerse landen op een rijtje gezet. En wat blijkt? De meeste westerse landen geven tussen de 20 en 25 procent van het nationaal inkomen uit aan sociale bescherming. Een uitschieter naar boven is Frankrijk: 32 procent. Daarna volgt (jawel!) de Verenigde Staten met 29 procent. Nederland besteedt ongeveer een kwart aan sociaal welzijn en staat op de dertiende plek. Achteraan in de rij vinden we Israël (16%), Chili (14%) en Zuid-Korea (13%). Hekkensluiter is Mexico (9%). Zweden, Denemarken, Finland en Nederland scoren minder hoog in deze ranglijst dan je op het eerste gezicht zou verwachten. De netto-uitkeringen zijn in deze landen lager door het hogere btw-tarief en de belasting- en premieheffing over de sociale uitkeringen.
Inderdaad kennen de Verenigde Staten lage overheidsuitgaven voor sociale bescherming (19% bnp). Maar voor ziekte, invaliditeit, pensioen, kindertoeslag en dergelijke ontvangen de meeste Amerikanen uitkeringen via de werkgever. Deze particuliere uitgaven beslaan 40 procent van de Amerikaanse sociale bestedingen. Een andere factor is de belastingverlichting voor sociale doeleinden. Bij deze ‘belastingsubsidies’ gaat Amerika aan kop van de onderzochte landen.
Dan nu de hamvraag: wat is het effect van al die publieke en private uitgaven voor sociale bescherming? We kijken eens naar de armoederanglijst. Helaas scoort de VS niet best, ondanks de hoge uitgaven. Qua armoede zit Amerika op het niveau van Turkije, Israël en Mexico. Hoe komt dat? In de VS gaat slechts eenvijfde van de sociale overheidsbestedingen naar armere huishoudens. Bij de particuliere uitkeringen ligt het nog schever: werknemers met een beter betaalde baan hebben een rianter pakket voor pensioen, ziektekosten, zwangerschapsverlof enzovoorts. De inkomensongelijkheid is in de VS dan ook veel groter dan in andere welvarende landen. Bovendien is het Amerikaanse gezondheidszorgsysteem geldverslindend (18% bnp) terwijl de kwaliteit van de basiszorg ver achterblijft ten opzichte van landen met veel minder zorguitgaven. Nederland staat met 12% bnp op de tweede plek, maar de gezondheidszorg behoort hier tot de beste ter wereld.
Er rest één keiharde conclusie: de Verenigde Staten zijn het voorbeeld van hoe het niet moet. Het sociale beleid biedt weinig waar voor je (belasting)geld. Wil ik hiermee zeggen dat het in Nederland niet beter en effectiever kan? Natuurlijk niet. Zo is het kostenbewustzijn van (sociale) voorzieningen vaak erg laag. Die lasten moeten we wel met z’n allen opbrengen. De regeling voor kinderopvang kostte 100.000 euro per extra baan. Absurd, maar toch klagen velen over de korting op de kinderopvangtoeslag. Tenslotte lijkt het mij een goede zaak wanneer bij een hulpvraag niet direct naar de overheid wordt gekeken, maar mensen eerst proberen elkaar te helpen. Oog voor elkaar begint in je eigen buurt, je eigen lokale omgeving. Daar wordt iedereen wel wijzer van.
Drs. J.A. (Jan) Schippers, directeur van het Wetenschappelijk Instituut voor de SGP.
Bron: Reformatorisch Dagblad, 20 februari 2013