29 november 2017
Terrorisme, drugs en doctor Death
Lees hier de bijdrage van SGP-fractievoorzitter Kees van der Staaij aan de behandeling van de begroting voor Justitie en Veiligheid:
Het regeerakkoord begint met Justitie en Veiligheid en belooft de nodige investeringen en aanscherpingen van wetten. Een terechte prioriteit, in dienst van de gerechtigheid. Het is een kerntaak van de overheid om de burgers bescherming te bieden. De SGP ziet uit naar een goede samenwerking met de nieuwe bewindslieden van Justitie en Veiligheid.
Veiligheid vergroten
Het kabinet wil de veiligheid vergroten door meer geld vrij te maken voor het bestrijden van recidive. Meer aandacht en ruimte geven aan vrijwilligers bij de uitvoering van straffen.
Meer geld beschikbaar te stellen voor de strijd tegen terrorisme. Dat steunen wij.
Kunnen de bewindslieden al een tipje van de sluier oplichten hoe dit ingevuld gaat worden?
Het onbehagen van veel burgers over de rechtshandhaving in Nederland moet serieus genomen worden. Op veel punten is verbetering nodig en mogelijk.
Het is de SGP een doorn in het oog dat wie een straf van 12 jaar opgelegd krijgt, feitelijk maar 8 jaar vastzit. De SGP wil hiervan af. Wie een onvoorwaardelijke straf opgelegd krijgt, moet deze straf ook gewoon uitzitten. De maatregelen die daarna nodig zijn met het oog op terugkeer in de samenleving zouden gekoppeld kunnen worden aan een voorwaardelijk strafdeel. Een conceptwetsvoorstel hiervoor ligt ter advies voor bij de diverse betrokken instanties. Mogen wij rekenen op een constructieve reactie van het kabinet op deze plannen?
De aanscherping van wetten in de strijd tegen terrorisme is een goede zaak. Wij dringen aan op voortvarendheid. Het zou jammer zijn als de door ons al zo lang bepleite strafbaarheid van verblijf in terroristisch gebied eindelijk gerealiseerd wordt als er niemand meer naar IS-gebied reist. Hoe gaat dit kabinet werk maken van een strengere aanpak van jihadisme en het weren van haatpredikers?
Tijdigheid is in de rechtshandhaving wezenlijk. Wij dringen aan op snellere duidelijkheid over vervolging. Het beleid rond de aanpak van haatdragende uitlatingen roept vragen op.
Een Haags raadslid die vredelievende joodse kinderen die in deze Kamer op bezoek zijn uitmaakt voor toekomstige kindermoordenaars, wordt geen strobreed in de weg gelegd. Een aangifte van een anti-zwarte-pietenclub tegen iemand die uitlatingen deed die evenmin door de beugel kunnen, wordt wel voortvarend voor de rechter gebracht. Het heeft toch hopelijk niet met misplaatste politieke correctheid te maken?
Slapheid zien we in het Nederlandse drugsbeleid. Het kwaad van schadelijk middelengebruik wordt in het regeerakkoord niet aangepakt door de voordeur van coffeeshops te sluiten, maar door de achterdeur open te zetten. Worden de overblijvende regels wel streng gehandhaafd, of is het versoepeling die de toon zet? Concreet: wordt het ingezetenencriterium (dus geen cannabis voor toeristen) gehandhaafd. Ook in Amsterdam? En hoe zit het met de afstand tot scholen? Nederland staat ook hoog op de lijstjes van on-line drugshandel. Onze vraag: wil het kabinet dit voortvarend tegengaan?
Meer daadkracht wordt getoond in de strijd tegen mensenhandel en misstanden in de prostitutie. Is de minister bereid werk te maken van een snelle indiening van de beloofde wetgeving op dit terrein? Op dit terrein praten we immers al bijna tien jaar over wetsvoorstellen, maar hebben ze nog steeds niet het Staatsblad gehaald. We gaan het toch niet meemaken dat pooiers jarenlang hun gang kunnen blijven gaan in de uitbuiting van vrouwen en meisjes, terwijl er wel met spoed vrijheid wordt gegeven aan wiettelers om te experimenteren?
Negatief is de SGP over de plannen om toe te treden tot het Europees Openbaar Ministerie, omdat wij niets voelen voor nieuwe Europese instituties op dit terrein. Het regeerakkoord meldt op pagina 50 dat toetreding zal plaatsvinden onder de voorwaarde dat dit afbreuk doet aan het opportuniteitsbeginsel van het Nederlands Openbaar Ministerie. In de Elsevieruitgave van het regeerakkoord is hier het woordje ‘geen’ toegevoegd. Dat is in ieder geval een betere tekst, die naar ik aanneem ook bedoeld is.
Geloofwaardige rechtshandhaving is essentieel in zaken van leven en dood. De grenzen worden opgerekt in euthanasie bij dementerende mensen en bij psychiatrische patiënten. Het is van wezenlijk belang dat strafrechtelijke vervolging plaatsvindt in zaken waarin buiten de (naar onze mening al veel te ruime) wettelijke kaders wordt getreden. Een opvallende ontwikkeling is ook dat steeds openlijker stappen worden gezet in de zogenaamde ‘zelfeuthanasie’. Denk aan de poeder van de corporatie laatste wil, het suïcide-handboek van een Australische arts, ‘dr. Death’. Nederland blijkt een netwerk te hebben van allerlei mensen die zich bezighouden met advisering om een einde aan je leven te maken. In Australië en Nieuw-Zeeland is dit handboek verboden. In Nederland wordt het juist gedrukt en verspreid. Wil de minister er alles aan doen om ervoor te zorgen dat er eind komt aan klandestiene hulp bij zelfdoding? Is hij bereid om het wettelijk verbod rond zelfdoding zo uit te breiden dat elke vorm van directe of indirecte hulp daaronder valt?
Een schakelteam rond verwarde personen is hard bezig, maar roept tegelijkertijd op het gevoel van urgentie niet te verliezen. De minister heeft een inhoudelijke reactie gegeven op hun tussenrapportage. Graag roept de SGP de minister op om snel écht werk te maken van het oplossen van de knelpunten en er samen met gemeenten en andere betrokkenen voor te zorgen dat het beleid niet blijft steken in goede bedoelingen.
Op het terrein van het personen- en familierecht is ook het nodige in beweging. Het regeerakkoord schermt op diverse plaatsen met het belang van het kind. De SGP roept op dit ook in de praktijk waar te maken. In het rapport van de Staatscommissie herijking ouderschap worden diverse vergaande voorstellen gedaan om het gezins- en familierecht grondig te veranderen die meer in het belang van de verzorgers lijken te zijn dan behulpzaam voor de kinderen. Kinderen zijn veel te vaak het slachtoffer van conflicten tussen ouders, zeker ook bij relatiebreuken. Welke concrete plannen kunnen we in dit verband van het kabinet verwachten?