5 oktober 2020
Kerkdiensten en corona
De SGP is geschrokken van het advies van minister Grapperhaus: maximaal 30 mensen per kerkdienst en niet zingen. Kees van der Staaij: "Dit gaat wel heel erg ver en dit raakt ons allemaal diep. We moeten zorgvuldig wegen hoe we met dit advies omgaan."
In het licht van de strenge beperkingen sinds de heropleving van het virus roept het merkbaar veel weerstand op dat kerkdiensten met een groot aantal bezoekers wel plaatsvinden. Het is begrijpelijk dat wie zelf aanloopt tegen strenge beperkingen op aantallen bezoekers in bijvoorbeeld zalencentra of restaurants, hier de wenkbrauwen bij fronst.
Goed beschouwd is het plaatje genuanceerder: ook nu zit in de overheidsmaatregelen terecht heel veel ruimte in wat kan voor vliegvelden, op sportscholen, voor bedrijfsvergaderingen, in musea, in winkels, bij betogingen en politieke vergaderingen. De SGP heeft ook steeds gepleit voor zoveel mogelijk maatwerk bij de bestrijding van het virus, juist om zoveel mogelijk draagvlak te houden.
Kerken zoals die in Staphorst hebben zich in de afgelopen tijd zeer ingespannen om de Coronarichtlijnen zorgvuldig toe te passen en te handhaven. Zij houden zich aan de geldende regels en geven daarin het goede voorbeeld. Bescherming van de gezondheid en het tegengaan van de epidemie is een belangrijke opgave.
De naleving van de 1,5 meternorm betekent in de praktijk voor de grote behoudende kerkelijke gemeenten dat circa een kwart van de kerk gevuld is en mensen vaak zelfs niet één keer per zondag een dienst kunnen bijwonen. Deze diensten hebben een sober karakter, ze gaan niet vergezeld van koffieontmoetingen vooraf of achteraf. Juist de strikte naleving van de richtlijnen en het ingetogen karakter van de diensten lijken in de praktijk van de afgelopen maanden heel weinig verspreidingsrisico op te leveren.
De ontstane ophef is geen reden om Staphorst zwart te maken, maar wel aanleiding om het goede gesprek tussen overheid en kerken te vervolgen. Wat de SGP betreft gaat het er daarbij steeds om recht te doen aan gezondheidsbelangen zonder geestelijke belangen onnodig te schaden.