Hebreeuwse en Joodse studies

De SGP wil dat de opleiding Hebreeuwse en Joodse studies behouden blijft. Kamerlid Bisschop heeft hierover vragen gesteld aan minister Bussemaker van Onderwijs, cultuur en wetenschap.
Al sinds 1593 is het mogelijk om aan de Universiteit Leiden Hebreeuwse en Joodse studies te volgen. Het is een van de ‘kleine studies’ die als gevolg van de bezuinigingen wordt geschrapt. De SGP beseft dat ook de kleine studies niet aan de bezuinigingen ontkomen. Maar het maakt nogal wat uit welke studie het is. Vast staat dat Hebreeuwse en Joodse studies, mede gezien de Nederlandse geschiedenis, van groot belang was en is voor wetenschap en cultuur. Met het stopzetten van deze unieke studie gaat heel veel kennis en expertise verloren. 
SGP-kamerlid Bisschop legt zich daar niet bij neer. Hij dringt er in vragen aan de regering op aan om met de Universiteit Leiden in gesprek te gaan over eventuele alternatieve bezuinigingen. In ieder geval wil hij dat de minister alles in het werk stelt om de bestaande kennis en expertise vast te houden.
 

Schriftelijke vragen van het lid Bisschop (SGP) aan de minister van Onderwijs, cultuur en wetenschap

1. Bent u bekend met het voornemen van de Universiteit Leiden om de opleiding Hebreeuwse en Joodse studies te beëindigen?
2. Op welke wijze wordt voorkomen dat kleine studies geschrapt worden zonder dat de unieke waarde en het buitengewone specialisme voldoende op waarde geschat worden? Erkent u dat het beperkte aantal studenten geen absoluut criterium kan zijn bij de beoordeling of een studie kan blijven voortbestaan?
3. Onderkent u de unieke positie en expertise van de opleiding Hebreeuwse en Joodse studies, die binnen de Nederlandse context uniek zijn en die voor wetenschap en cultuur in Nederland van wezenlijk belang zijn? Welke verantwoordelijkheid voor het behoud van deze opleiding ziet u voor uzelf weggelegd, mede gezien het feit dat de overheid heeft aangedrongen op het schrappen van kleine studies? Bent u bereid in gesprek te gaan met de Universiteit Leiden met het oog op waarborgen voor de bestaande kennis en expertise?