14 maart 2024
Arbeider is zijn loon waard
Op donderdag 14 maart werd er in de Tweede Kamer gedebatteerd over het wetsvoorstel over de verhoging van het minimumloon. André Flach sprak namens de SGP. Zijn bijdrage aan het debat is hieronder te lezen.
Ik wil graag beginnen met het schetsen van twee werkelijkheden die mijn invalshoeken zijn voor dit debat. Deze week wordt voor de zesde keer de week van de schepping gehouden. Het Reformatorisch Dagblad gaf hieraan het thema “Genieten van genoeg”. Een prachtig thema wat ons allemaal aan het denken zet over onze levensstijl en consumptiegedrag. Tegelijk drong bij mij ook wel het besef door dat het thema vooral aanspreekt bij mensen die al genoeg hebben en het wel een tandje minder zouden kunnen doen. Maar voorzitter we spreken vandaag over de verhoging van het minimumloon. Het gaat dus om beloning van mensen die vaak niet genoeg hebben om rond te komen en het dus al helemaal niet een tandje minder kunnen doen.
Vestigingsklimaat
Vorige week werden we opnieuw opgeschrikt door het bericht dat een aantal grote bedrijven met de deurklink in de hand staat. Zij denken na over een vertrek uit Nederland. Het laat zien dat ons vestigingsklimaat onder druk staat. Er is dan ook een trendbreuk nodig. Voorspelbaar en ondernemersvriendelijk beleid is waar bedrijven nu naar snakken. Een beleid wat ons bedrijfsleven niet uit de markt prijst maar sterk en weerbaar maakt. Het bij elkaar brengen van deze twee werkelijkheden in dit debat vraagt een bijna chirurgische precisie.
Stapeling
De SGP heeft de achterliggende jaren steevast de vinger gelegd bij voorstellen die niet bijdragen aan een beter ondernemersklimaat. De stapeling van minimumloonverhogingen is daar een voorbeeld van. In ons land wordt halfjaarlijks het wettelijk minimumloon verhoogd. Daarbovenop kwam in 2023 een flinke extra verhoging van 8,05%. Begin dit jaar werd het minimumuurloon van kracht, waardoor het minimumloon in bepaalde sectoren ook al werd opgekrikt. De afgelopen 10 jaar is het minimumloon met 54 procent gestegen, berekende het CPB. Het wetsvoorstel dat vandaag voorligt, verhoogt het minimumloon opnieuw.
Mijn fractie maakt zich zorgen over het feit dat in korte tijd het minimumloon zo fors is gestegen. Dat heeft niet alleen effect op de lage lonen, maar duwt het hele loongebouw omhoog. We moeten ons de vraag durven stellen of we onszelf als Nederland inmiddels niet uit de markt prijzen. Ons minimumloon is op dit moment al het op-een-na-hoogste van Europa.
- Hoe reflecteert de minister hierop?
- Zou het niet beter zijn eerst eens te kijken wat de effecten van de recente verhogingen op de korte en lange termijn zijn, voordat we een nieuwe verhoging doorvoeren?
- Vindt de minister de lastendruk voor werkgevers nog proportioneel en waar ligt voor haar de grens?
Lasten op arbeid
Dat is niet de enige reden waarom de SGP zich zorgen maakt om de herhaalde verhogingen van het minimumloon. MKB Nederland en VNO NCW laten weten dat de reeds eerder vastgelegde verhogingen van het minimumloon 40.000 banen kost. En dat raakt juist de kwetsbaarste groep werknemers. Dat laat zien dat je niet voor werknemers of voor werkgevers bent in dit debat. Hier past de chirurgische precisie waar ik het eerder over had. Een werknemer moet fatsoenlijk betaald worden, de arbeider is zijn loon waard. Als werkgever moet het je eer te na zijn te weinig te betalen aan een medewerker. Maar we hebben het hier over het door de overheid wettelijk verhogen van de ondergrens en dan moeten we effecten voor werknemers en werkgevers eerlijk onder ogen zien. De overheid moet zorgen dat de werknemer voldoende overhoudt van zijn salaris, zodat er niet teveel verdwijnt in de staatskas. Arbeid wordt in Nederland zwaar belast en dat heeft een sterk verstorende werking op onze arbeidsmarkt. Dat valt te lezen in het rapport Belasting in maatschappelijk perspectief met bouwstenen voor een nieuw belastingstelsel. De SGP dringt er daarom op aan dat de lasten op arbeid serieus omlaag worden gebracht, in lijn met de aanbevelingen van dit rapport. Hierdoor gaat het netto minimumloon omhoog zonder dat de ondernemer daar aan onder doorgaat.
- Is het kabinet bereid met oog op een volgend kabinet uit te werken hoe de lasten op arbeid omlaag kunnen worden gebracht, bijvoorbeeld via verdere verlaging van de AOF-premie?
Koppeling AOW
Het grootste deel van het geld dat gemoeid is met deze verhoging gaat naar AOW’ers. Dat gunnen we ze natuurlijk van harte, zeker die ouderen die het niet breed hebben. Tegelijkertijd gaat er dus ook veel geld naar mensen die dat niet persé of zelfs helemaal niet nodig hebben. Ik weet dat dit een wens van de Kamer was, maar de Raad van State wijst erop dat dit ondoelmatig is. Dat zou te denken moeten geven.
- Welke mogelijkheden voor gerichtere ondersteuning voor AOW’ers met risico op armoede zijn er volgens de minister?
- Kunnen we dit geld volgens haar niet doelmatiger inzetten?
Dan nog iets anders:
De SGP roept op oog te hebben voor mensen die moeite hebben met rondkomen. Dat zijn er te veel in ons land. Daarom moet er werk worden gemaakt van een fatsoenlijk bestaansminimum. Het rapport van de commissie Sociaal minimum heeft hiervoor verschillende routes geschetst.
- Kan de minister inzicht geven in de opvolging van de aanbevelingen van de commissie Sociaal minimum?
De SGP zet liever in op verhoging van de bijstand en de kindregelingen. Daarom heeft mijn collega Stoffer ervoor gezorgd dat gezinnen dit jaar extra kinderbijslag krijgen.
Tot slot:
De SGP wil in ieder geval de vinger aan de pols houden. Doet de verhoging wat het belooft? Wat zijn de gevolgen voor de werkgever, de werknemer en voor onze concurrentiepositie?
- Wil de minister een invoeringstoets doen ten aanzien van het minimumuurloon en de voorliggende wet, als die het haalt?