Aan de slag met De Groene Kamers van Rilland

Tijdens de laatste raadsvergadering voor de zomervakantie heeft de raad vergaderd over 'Project Oost' bij Rilland, waarmee invulling gegeven wordt aan wat we in de structuurvisie 'De Groene Kamers van Rilland' eerder vastgelegd hebben. Het is een uniek plan om als Reimerswaal onze bijdrage te leveren aan het halen van de RES-doelstellingen (dat is een regionale afspraak om bij te dragen aan het doel om minder CO2 uit te stoten). Dit wordt gecombineerd met andere opgaven in het gebied, zoals het verbeteren van de zoetwaterhuishouding. Als SGP fractie hebben we uitgelegd hoe we naar dit plan kijken, ook bijvoorbeeld naar het gebruik van landbouwgrond. Alles afwegend hebben we een positief advies gegeven over deze plannen. Onze bijdrage in de eerste termijn kunt u hier lezen.

Het is niet voor het eerst dat we over de Reimerswaalse bijdrage aan de Regionale Energie Strategie praten. Het plan dat nu voorligt heeft een lange voorgeschiedenis. Van ambitiedocument naar structuurvisie en dan nu uiteindelijk een initiatief dat invulling geeft aan de ambitie. Er is heel veel werk verzet door de ambtelijke organisatie, en we zijn daar als raadswerkgroep ook regelmatig over bijgepraat. Die sessies gaven ook de kans om mee te denken in de loop van het proces. En dan ligt daar nu het resultaat. Ik denk dat we dat gerust een mijlpaal kunnen noemen.

Hoewel we dat in eerdere vergaderingen over dit onderwerp ook al gedaan hebben, wil ik mijn bijdrage onze visie geven en uitleggen hoe we dit voorstel beoordelen en welke afwegingen we maken.

Als gemeente Reimerswaal hebben we een verplichting om bij te dragen aan het behalen van de CO2 reductie doelstelling zoals dat is vastgelegd in de Regionale Energie Strategie. We hebben als gemeenteraad daarvoor een visie opgesteld en gezegd: we willen geen versnipperd landschap met hier en daar zonnepanelen en windmolens, maar laten we het concentreren op de meest logische plek, en laten we dat op een nuchtere en realistische manier aanpakken door het te combineren met andere opgaven of plannen die we hebben.

De kaders die we als SGP belangrijk vonden waren onder andere dat de maatschappelijke kosten zo laag mogelijk gehouden worden en dat we geen monofunctionele zonneparken op landbouwgrond willen. Dit is ook vastgelegd in de Structuurvisie Groene Kamers Rilland, waarbij meerdere opgaven gecombineerd worden aangepakt, zoals het verbeteren van de zoetwatervoorziening, het meewerken aan toekomstbestendige landbouw in combinatie met het bijdragen aan de RES doelstelling.

Het voorstel zoals het er nu ligt hebben we daarom ook getoetst aan die kaders. Verder is het voor ons belangrijk dat er rekening gehouden wordt met de huidige situatie op het elektriciteitsnet, waar sprake is van netcongestie.

We kunnen in het raadsvoorstel lezen dat er gebruik gemaakt wordt van cable pooling – er worden dus geen extra nieuwe zware kabels aangelegd en aansluitingen gemaakt om de electriciteit af te voeren, maar er wordt gebruik gemaakt van de bestaande aansluitingen zonder dat er extra vermogen geclaimd wordt op het net, en dit door het toepassen van slim energiemanagement. Dat is een mooie invulling van 'zo laag mogelijke maatschappelijke kosten'.

Het andere belangrijke punt voor ons is het gebruik van landbouwgrond om energie op te wekken. Ideaal gezien zouden we alleen zonnepanelen op dak willen gebruiken. Daarmee is het echter om meerdere redenen niet haalbaar om de RES doelstelling te halen. Overal windmolens plaatsen is ook niet gewenst. Als er dan toch landbouwgrond gebruikt wordt, is het belangrijk dat er sprake is van meervoudig ruimtegebruik en dat de kwaliteit van de landbouwgrond behouden wordt. Beide aandachtspunten worden meegenomen in het voorstel en ook vastgelegd in de anterieure overeenkomsten die afgesloten worden.

Ik moet zeggen dat in onze fractie het gebruiken van landbouwgrond nog steeds wat schuurt. Als we echter alles bij elkaar afwegen (zoetwater voorziening – lage maatschappelijke kosten – goede landschappelijke inpassing) en ook zien dat er geen monofunctionele zonneparken op landbouwgrond komen maar dat er sprake is van meervoudig ruimtegebruik, is dit voor ons acceptabel.

Dit project heeft heel veel aspecten, en het voert veel te ver om ze allemaal langs te lopen. Daarvoor hebben we ook de raadswerkgroepbijeenkomsten gehad de afgelopen jaren in aanloop naar dit voorstel. Wat duidelijk is, is dat er veel overleg gevoerd is met heel veel partijen, inclusief omwonenden, en dat er veel gedaan is om alle randvoorwaarden en kaders vast te leggen. Dat is ons inziens goed, want daarmee proberen we te borgen dat het uitgevoerd wordt zoals we dat met de visie voor ogen hadden.

Raadslid Rien Sinke heeft hierover het woord gevoerd namens onze fractie