20 februari 2017
Saddam Husseins schaduw in sociale media
Tien jaar na zijn dood houdt Saddam Hussein nog altijd duizenden mensen in het Midden-Oosten in de ban. Soennitische sociale media schilderden Saddam af als symbool van het Arabisch nationalisme. Diens postume populariteit legt de diepe kloof tussen soennieten en sjiieten bloot.
Eind 2016 verschenen er duizenden berichten op Twitter en Facebook met teksten als ‘een decennium na de dood van Saddam’ en ‘de verjaardag van Saddams martelaarschap’. Die berichten kwamen veelal uit Saudi- Arabië en andere soennitische landen, meldt kenner Gilad Shiloach (Moshe Dayan Center for Middle Eastern Studies, Tel Aviv University).
Doel van deze berichten was evident: provocatie van sjiieten door het imago van soenniet Saddam. Tegelijkertijd protesteerden de gebruikers van deze sociale media tegen de groeiende Iraanse invloed in de regio.
Dat laatste kwam naar voren in nostalgische herinneringen aan de afgezette Iraakse dictator. Want hij was ‘iemand die niet alleen zijn vaderland beschermde, maar eveneens de gehele Arabische wereld tegen de oprukkende Perzische sjiieten’.
In de sociale media circuleerden afbeeldingen van Saddam die een landkaart van Irak stevig tegen zich aandrukte en daarmee te kennen gaf in te staan voor de territoriale integriteit van zijn land. Andere loftuitingen repten over ‘Leider van de Arabieren’ en ‘Hoop van het Arabisme’.
In sommige sociale media werd de dag dat Saddam werd geëxecuteerd gelijkgesteld aan de terechtstelling van Irak. En passant protesteerden zij tegen de Amerikanen, want die hadden Irak uitgeleverd aan ‘de smerigste schepselen van Allah - sjiieten’.
Ook Saddams dochter Raghad Hussein liet zich niet onbetuigd op haar Facebookpagina (meer dan 500.000 volgers). Vanuit Jordanië, waar zij tegenwoordig verblijft, liet zij zich prijzend uit over wijlen haar vader. Op diens sterfdag, aldus Raghad Hussein, ‘verloor de wereld haar vader, een commandant die ontzag inboezemde, de president van de Iraakse Republiek en verdediger van de Arabische natie’.
Weken na de herdenking van Saddams sterfdag verscheen zijn beeltenis wederom op sociale netwerksites. Gebruikers uit soennitische landen, voorop opnieuw Saudi- Arabië en de Golfstaten, keerden zich onder het motto ‘Red bezet Arabisch Irak’ tegen de ‘Iraanse verovering’ van delen van het land. Daarbij refereerden zij aan de gevechten in Mosul en de te verwachten nederlaag van Islamitische Staat (IS) tegen het Iraakse leger, de Koerdische peshmerga-eenheden en sjiitische hulptroepen van Iran.
Vrees voor Iraanse invloed, vrees voor sjiitische overheersing in Irak, klonk in deze meldingen door. Het legendarische tweestromenland Irak stond op het punt zijn ‘Arabische identiteit te verliezen aan zijn Perzische buren’. Vandaar de noodkreet in de sociale media: ‘Irak heeft iemand nodig als Saddam’. Met het heengaan van de ‘nobele’ Saddam verdween ook Irak en het ‘arabisme’.
Snedig commentaar van expert Gilad Shiloach op al deze postume aanhankelijkheidsbetuigingen richting de soenniet Saddam: ,,Zelfs wanneer dat niet expliciet wordt gesteld, toont dit publieke protest tegen de Iraanse expansie aan dat ten minste één sector van de bevolking in het Midden-Oosten de aanwezigheid
van IS in Mosul, een hecht soennitisch bolwerk, prefereert boven een sjiitisch-Iraanse verovering van de stad.”
Interessant gegeven in deze context is het eerbewijs van IS zelf aan Saddam. In explosievenwerkplaatsen en commandoposten van IS zijn posters met diens foto teruggevonden. Dit symbolisme geeft aan, zo concludeert Gilad Shlioach, dat veel hoge officieren binnen IS voortgekomen zijn uit de gelederen van Saddams regime, leger en Ba’athpartij. Zij sloten zich bij IS aan omdat het hen goed uitkwam of om etnische en ideologische motieven.
Los van alle soennitische, Arabische mythevorming rond de persoon van Saddam onderstreept de Israëlische insider terecht dat vandaag de dag Bagdad onder sjiitisch leiderschap niet langer een tegenwicht vormt voor Teherans invloed. Terwijl Iran regionale hegemonie nastreeft, speelt Irak niet langer een centrale rol in de Arabische wereld en de Perzische Golf. Veel erger nog is het geval: Irak is verworden tot een mislukte staat, bezweken aan het soennitisch-sjiitisch conflict en het jihadistisch terrorisme van IS tot al-Qaeda. Verheerlijking van Saddam biedt verschrikte soennieten hiertegen evenwel geen soelaas.
Bas Belder en Walter van Luik zijn respectievelijk lid en politiek adviseur van de SGP-fractie in het Europees Parlement
Dit artikel is gepubliceerd in het Friesch Dagblad op 20 februari 2017