13 januari 2017
Geen Moldavische medicijnen, maar de Medicijnmeester!
Met veel genoegen kijk ik terug op de nieuwjaarsbijeenkomst van zaterdag 7 januari 2017. Een workshop bood mij de gelegenheid de vraag te beantwoorden: Wat kun je als europarlementariër voor Moldavië doen? Nogmaals dank voor de inspirerende aandacht/inbreng van alle aanwezigen!
Even inspirerend bleek het contact met de Nederlandse zaakgelastigde in Chisinau (Moldavische hoofdstad), de heer Roy Anders, in de eerste week van het nieuwe jaar. Ik had de diplomaat geïnformeerd over de wintercampagne van Kom Over En Help voor Moldavië.
De heer Anders reageerde hartverwarmend: een prachtige actie! Spontaan voegde hij daaraan toe: Nederlandse Moldaviëgangers zijn welkom bij mij voor een goed gesprek en natuurlijk een kop koffie. Over een open overheid gesproken!
Ja, wat kun je als europarlementariër nu precies doen voor Moldavië? Want de schrik slaat je echt om het hart als je met open ogen en oren kennis neemt van de ontstellende politieke, sociale, economische en niet te vergeten ecologische wantoestanden/problemen in deze voormalige sowjetrepubliek.
Die wantoestanden, voorop het alomtegenwoordige kwaad van de corruptie, staan sowieso haaks op de wederzijdse afspraken tussen de EU en de Republiek Moldavië in het Associatieakkoord. Bij die wantoestanden kan en mag de EU (dus ook lidstaat Nederland) zich derhalve niet neerleggen.
Hoe deze slepende impasse te doorbreken? Desnoods met het aandraaien van de (financiële!) duimschroeven, vertrouwde een diplomaat mij toe. “Daar deinzen we niet meer voor terug.” En daar is de Moldavische bevolking alleen maar bij gebaat, want zonder enige vorm van rechtsstaat blijven bijvoorbeeld broodnodige buitenlandse investeringen eenvoudigweg uit.
Voor een zinvolle inbreng als europarlementariër in de betrekkingen tussen de EU en Moldavië is een continue band met betrouwbare Moldavische collega’s mijns inziens ook van elementair belang. Zo vang je meer op dan slechts een glimp achter de schermen. Voeg daar het raadplegen van academische experts (o.a. Vladimir Socor) zeker aan toe.
Recent stelde ik aan de Moldavische parlementariër en predikant Valeriu Ghiletchi een cruciale vraag: Ziet u de huidige betrekkingen tussen de EU en Moldavië als bevorderlijk of schadelijk voor de behoeften van de Moldavische maatschappij?
Het antwoord van Ghiletchi was overduidelijk: de EU oefent een gunstige invloed uit op economisch gebied, via de handel en door de opbouw van ’s lands infrastructuur, maar dat mag beslist niet ten koste gaan van christelijke principes. Het promoten of zelfs opleggen van niet-christelijk gedachtegoed aan derde landen riskeert uiteindelijk het EU-project zelf, concludeert mijn Moldavische collega volkomen terecht.
Intussen schroomt Ghiletchi niet de ernst van de Moldavische malaise klip en klaar te benoemen: “De maatschappij is goeddeels, zo niet geheel, grondig aangetast. Zolang wij doorgaan met de pretentie dat de maatschappij de “dokter” is, zonder toe te geven dat wij de tussenkomst van de “Opperste Dokter” nodig hebben voor een werkelijke genezing, vrees ik dat de toestand hetzelfde blijft of zelfs erger wordt. Daarom is het zo belangrijk de problemen stevig bij de wortel aan te pakken.”
Helende woorden, voluit van toepassing op het continent van de Reformatie.
Bas Belder, KOEH-ambassadeur voor wintercampagne Moldavië