Om de landbouw te behouden, moeten we vooral de jongeren behouden. Zij moeten geloof, hoop en liefde koesteren. Anders zijn ze niet bereid om hun tijd en geld te investeren in de landbouw.

Maar het piept en kraakt onder de jonge boeren: wie heeft nog zin om een boerenbedrijf over te nemen, in deze tijd vol tegenwerking? Dat is een grote zorg, althans voor de SGP.

Daarom ben ik erg blij met een manifest van het NAJK. Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt overhandigde deze week een verlanglijst aan Nederlandse Europarlementsleden. Het manifest gaven ze eerder ook aan Tweede Kamerleden. Een goede actie: je wordt alleen gehoord als je iets zegt!

Hoe kunnen we de jonge boeren een duwtje in de rug geven? Belangrijke wens van de jonge boeren is dat de politiek vasthoudt aan een langetermijnvisie. Een overheid die elke paar maanden of jaren de koers verandert, is niet betrouwbaar.

En ook: niet te veel uitvoeringsdetails of extra nationale eisen. Laat bovendien geen minderwaardige producten toe van buiten de EU: daar valt immers niet tegenop te concurreren.

Zeer terechte wensen, lijkt me: je gaat alleen investeren als je ooit het geld kunt terugverdienen. Een betrouwbaar beleid, een eerlijke prijs en gelijke concurrentieverhoudingen. Alleen zo kan de overheid de sector vooruit helpen. En zo onze eigen bevolking voldoende goede voeding garanderen.

Die eenvoudige wijsheid klinkt echter te weinig in Brussel. Bij de onderhandelingen voor het nieuwe GLB hoor ik vooral nieuwe ‘groene’ eisen, zonder vergoeding en soms zonder onderzoek naar de effecten.

Als de markt zijn werk niet doet, dan mag de EU bijspringen met subsidies. En aan de subsidies mogen best enkele voorwaarden zitten.

Als de voorwaarden voor inkomenssteun duurder worden dan de premie zelf: vraagt niemand de premie nog aan. Dan blijft EU zitten met lege handen achter: een groen beleid waar niemand aan meedoet. Maar nog ernstiger, als het boeren in Europa onmogelijk gemaakt wordt, zal de voedselproductie zich op termijn verplaatsen naar andere landen.

Als onderhandelaar voor het nieuwe GLB pleit ik voor extra steun aan jonge boeren. Er moet een goede top-up zijn in de eerste pijler. De jonge boerenregeling in de tweede pijler gaat omhoog naar 100.000 euro. Jonge boeren kunnen daarnaast tot 80% van hun investeringen vergoed krijgen. Ook bij grondaankoop, een van de grootste knelpunten voor jonge boeren, kan het GLB steunen via financiële instrumenten. Ik roep het toekomstige kabinet op om deze ruimte maximaal te benutten.

Die wensen van de jonge boeren, zijn dus niet te veel gevraagd. Duidelijkheid, eerlijkheid en ruimte voor bedrijfsovername: dat moet normaal zijn voor een betrouwbare overheid. Zo kunnen onze agrariërs van de toekomt aan de slag.

(Blog Bert-Jan Ruissen op website Boerderij.nl)