De Europese samenwerking was ooit bedacht om landen te dienen. Maar de EU ontpopt zich van dienaar tot dwingeland: de Europese Commissie probeert landen bij te sturen met haar groen-linkse en eurofiele agenda. Brussel opereert daarbij helaas soms oneerlijk, onbenaderbaar en onbetrouwbaar. Een doodlopende weg, want burgers en landen dreigen af te haken. Het is nog niet te laat: de EU moet terug op het rechte pad. De betrouwbaarheid van Brussel kan en moet beter.

Door Bert-Jan Ruissen, lid Europees Parlement voor de SGP

 

Het was een mooie belofte. De regeldruk uit de EU zou niet langer toenemen. Voor elke nieuwe regel zou een andere vervallen, beloofde voorzitter Ursula von der Leyen van de Europese Commissie in 2019.

Het was één van de zes topprioriteiten van haar Commissie. Een zucht van verlichting onder bedrijven die kreunen onder de EU-voorwaarden en vereisten.

Maar twee jaar later lijkt de belofte verdwenen als sneeuw voor de zon. EU-commissaris Frans Timmermans presenteerde in juli 12.000 pagina’s aan klimaatvoorstellen. Deze bevatten tientallen voorstellen zoals een nieuwe belasting op import van producten van vervuilende fabrieken van buiten de EU. Een enorme stijging van de administratieve lastendruk ligt in het verschiet. Geen woord meer over het schrappen van andere regels. Uit de antwoorden die we krijgen op onze vragen, moeten we helaas afleiden dat de prioriteit toch een beetje anders gezien moet worden.

Dit is zomaar een voorbeeld van een situatie waar Brussel zich helaas geen betrouwbare partner toont.

Betrouwbaar

Een overheid moet betrouwbaar zijn. Dat geldt voor informatie en voor dienstverlening. Als belastingbetaler mag u erop rekenen dat de overheid iedereen gelijk behandelt en afspraken nakomt.

De EU is hierin niet anders dan de gemeente, de provincie of de rijksoverheid. De gemeente komt steevast vuilnisophalen en geeft u uw paspoort als u die aanvraagt. Het zijn vanzelfsprekende dingen. De overheid is vàn iedereen en vóór iedereen. Die moet open, eerlijk en dienend zijn.

De Europese Commissie is bedoeld als zo’n dienstbare organisatie voor de lidstaten. In de Commissie-gebouwen werken tienduizenden relatief anonieme ambtenaren aan “coördinerende, uitvoerende en beheerstaken”, zoals artikel 17 van het EU-Verdrag omschrijft. De EU-commissarissen worden “op grond van hun algemene bekwaamheid en Europese inzet gekozen”. Zij moeten toezien op de naleving van het EU-verdrag en de maatregelen van de EU-landen en het Europees Parlement.

Consensus

Aanvankelijk was dat werk van de Europese Commissie vrij technisch: als bijvoorbeeld rundvlees onder een bepaalde marktprijs kwam, volgde een voorstel om de prijs te herstellen: subsidie voor opslag of export van rundvlees.

De EU-commissarissen deden vooral voorstellen waar consensus over was bij iedere lidstaat. De grootste gemene deler van de lidstaten werd het EU-beleid, gebaseerd op de christelijke waarde van solidariteit om elkaar de helpende hand te reiken. Een lidstaat schofferen was ‘not done’.

Voorzichtigheidshalve werden veel afspraken genoemd naar de stad waar het akkoord werd bereikt - niet naar het doel. Met verhullende namen als ‘Dublin-verordening’ of ‘Schengenzone’ kon ieder land de afspraak thuis anders uitleggen.

Politieker

Maar het moest allemaal anders, vond Jean-Claude Juncker in 2014 bij zijn aantreden als voorzitter van de Europese Commissie. Om de kloof tussen EU en burger te slechten, wilde hij nadrukkelijk dat de Europese Commissie politieker ging optreden. De neutraal-technische werkwijze schudde hij af. 

Aangezien hij als eerste ‘Spitzenkandidaat’ was gekozen bij de verkiezingen van het Europees Parlement en goedkeuring van de EU-landen, meende hij mandaat te hebben voor een politieker optreden. Commissarissen werden niet meer gekozen op hun vakbekwaamheid, maar op politieke kleur. Juncker was als voorzitter een prominente christendemocraat, dus de eerste vicevoorzitter moest een prominente sociaaldemocraat worden: Frans Timmermans. Als sociaaldemocratische commissaris ging Timmermans een politieke confrontatie aan met rechts-nationalistische regeringen zoals in Polen en Hongarije. Hij begon een beleid van rechtszaken en dreigde met uitsluiting.

De werkwijze zette zich door: in het Europees Parlement sloten de pro-Europese fracties de eurokritische fracties zoals de EFDD van de Brit Nigel Farage uit van functies. Zelfs mijn eigen gematigde ECR Fractie werd in 2019 aanvankelijk nog buiten de deur gehouden bij een conferentie over de toekomst van de EU. 

Helaas ging de nieuwe Europese Commissie van Ursula von der Leyen in 2019 op hetzelfde politieke pad verder. Ze ging nog een stapje verder: Ze beloofde een geopolitieke rol. En als een van haar commissarissen een plan ging presenteren voor de pers, stuurde zij kort ervoor een video uit alsof het haar besluit was: zo probeerde ze nog de show te stelen van haar eigen commissarissen.

Von der Leyen dringt met haar Commissie een groene en eurofiele visie op. U herinnert zich bijvoorbeeld wellicht hoe premier Mark Rutte vorig jaar onder grote druk door de knieën ging voor het herstelfonds: 750 miljard euro aan giften en leningen voor vooral Zuid- en Oost-Europese landen.

Confrontatie

Van consensus naar confrontatie: het is zeer de vraag of dit een nuttige omslag is gebleken. Vooralsnog lijken de spanningen alleen maar te escaleren, tot wederzijdse frustratie. De kloof tussen burgers en EU is er niet kleiner op geworden. Integendeel.

Een uitvoerende organisatie die politiek gaat spelen, kan lidstaten en burgers van zich vervreemden. En dat zien we helaas gebeuren in praktijk: het politieke gekonkel in Brussel ondermijnt de idee van een betrouwbare overheid. Enkele voorbeelden:

 

  • ondeugdelijk: in het streven om veel bevoegdheden aan te trekken, belooft de Europese Commissie meer dan het kan waarmaken. Bij het begin van de corona-crisis overtuigde de Europese Commissie de landen dat zij betere contracten zou kunnen sluiten voor coronavaccins dan de lidstaten afzonderlijk. Helaas ontbrak in de contracten een afspraak over leveringsplicht, waardoor fabrikanten zoals AstraZenica hun vaccins naar beterbetalende landen stuurden.

Een soortgelijke kwestie is er met het overhaaste digitale ‘coronapaspoort’: burgers blijken daarmee eenvoudig te kunnen frauderen, terwijl landen dit ook gebruiken voor andere doelen dan afgesproken of zelfs negeren. Ondanks dit ‘brokkenparcours’ stelt de Europese Commissie voor dat landen bevoegdheden voor gezondheidszorg overdragen aan de EU.

Eerder zagen we deze reflex bij de euro-invoering: dat was een politiek besluit, met ondoordachte economische gevolgen. Bij problemen was de ‘oplossing’ steeds om nòg meer bevoegdheden over te dragen aan de EU.

Hetzelfde kan verwacht worden voor de relatief nieuwe diplomatieke dienst van de Europese Commissie. Het buitenlandbeleid toont meerdere miskleunen, zoals een bezoek aan de inauguratie van een Iraanse president en EU-belastinggeld dat in handen komt van Palestijnse terreurorganisaties en antisemitische scholen daar.

Kijk ook naar het visserijbeleid van de Europese Unie. De vissers hebben niet alleen te maken met quota, maar bovendien met een overvloed aan windmolens, grote natuurgebieden op zee, dreigend cameratoezicht op schepen, een onwerkbare aanlandplicht enz: een torenhoge stapeling van beperkingen waarnaar geen deugdelijke effectstudie is gedaan.

 

  • onvoorspelbaar: Wie vissers bijvoorbeeld op Urk vraagt of zij de Europese Unie betrouwbaar vinden, krijgt binnen een milliseconde een helder antwoord: Nee. Zij kregen eerst subsidie en vergunning voor hun innovatieve pulstechniek, die brandstof en bijvangst bespaart. Maar voordat een wetenschappelijk rapport over de voordelen zou verschijnen, verboden het Europees Parlement en de meerderheid aan EU-lidstaten deze voornamelijk Nederlandse milieuvriendelijke techniek. Beleid moet juist voorspelbaar en wetenschappelijk zijn, maar dit was een voorbeeld van het tegenovergestelde.

 

  • ongelijk: het lijkt erop dat de Europese Commissie landen met een rechtse regering harder aanpakt dan andere. Zo liggen Hongarije en Polen voortdurend onder een vergrootglas. Zelfs is er kritiek als het gaat om terreinen waarop de EU geen bevoegdheid heeft, zoals media, onderwijs of familierecht. Zo dreigt de Europese Commissie Hongarije met een proces over een wet die homo-propaganda in het onderwijs wil beperken. Evenzeer drong Brussel in Hongarije op erkenning van adopties en huwelijken door partners van hetzelfde geslacht.

In tegenstelling tot de acties voor gender, blijft de Europese Commissie bijna stil als het gaat om geloofsvrijheid. Zo mag het links-liberale Frankrijk deze vrijheid wettelijk inperken, ook van christenen, zonder enig commentaar uit Brussel.

 

  • onbenaderbaar: de voorlichters van de Europese Commissie hebben elke werkdag een persmoment. Maar op veel vragen komt een ontwijkend antwoord of ‘geen commentaar’.

Hetzelfde gebeurt bij de schriftelijke vragen die Europees Parlementsleden kunnen stellen. We krijgen vaak ontwijkende dooddoeners als antwoord. Als we bijvoorbeeld vragen hoe groot de begrotingsimpact is van een reeks conferenties over de toekomst van de EU - luidde deze zomer het antwoord dat de conferentie “uit de begroting wordt betaald”. Dat was uiteraard al duidelijk en is geen antwoord op de vraag.

Onze EU-commissaris Timmermans is geen haar beter, ook al was hij voorheen EU-commissaris voor Betere Regelgeving. De PvdA-er presenteerde voorjaar 2020 een grote strategie voor een groenere landbouw: een kwart van de landbouwgrond in de EU moet bestemd voor biologische landbouw. Boeren en tuinders mogen nog maar half zoveel gewasbeschermingsmiddelen gebruiken in 2030. Op mijn vraag naar de onderbouwing en de effecten kwam geen antwoord. Pas via een ngo en de Amerikaanse overheid lekte informatie uit dat de plannen desastreus zijn voor de productie en prijzen van voeding. Uiteindelijk plaatste de Commissie een rapport op een achteraf-website midden in het zomerreces dit jaar: een garantie dat er geen ophef over zou komen.

Door informatie zodanig achter te houden, is geen goede controle van het bestuur mogelijk. Een tegenmacht met blinddoek is bij voorbaat kansloos.

Kloof 

Al deze aspecten maken dat de betrouwbaarheid van Brussel nogal te wensen overlaat. Doorgaan op deze weg lijkt de risico’s en kloof alleen maar te vergroten.

Maar wie zou de omslag naar een betrouwbaarder overheid moeten afdwingen?

Het Europees Parlement? De meerderheid lijkt het allemaal door de vingers te zien, zolang de koers maar zowel groen als pro-Europees is. Er is steevast een meerderheid voor de combinatie van groene voorstellen met meer macht voor de EU. “Een coronaherstelfonds van 750 miljard euro ook voor meer vergroening? Doen! Een klimaatfonds van 1000 miljard voor 55% minder CO-uitstoot? Doen! Liever nog 60% trouwens.”

Het parlement lijkt ook geen vuist te maken tegen de ontwijkende antwoorden van de Europese Commissie, ook in debatten. Misschien dat de Europese verkiezingen in 2024 hierin verandering brengen, maar ik zie daarvoor nog geen tekenen.

De EU-landen dan? De meeste steunen de huidige handelwijze vooralsnog ook, waarschijnlijk althans zo lang ze er zelf geen last van hebben. De regeringen van de grote EU-landen behoren bij de grote politieke partijen in de EU - zoals de christendemocraten en sociaaldemocraten. De regeringen van Polen en Hongarije horen daar niet bij en de Europese Commissie richt haar pijlen vooral op die landen.

Stuur

Toch zullen het de EU-landen zelf moeten zijn die een kentering teweeg moeten brengen. Zij zitten aan het stuur. Het is aan premier Mark Rutte -demissionair of niet - om te tonen wat hij waard is. Is hij bereid om bijvoorbeeld de Europese Commissie terug te fluiten bij de proefballonnetjes voor een eigen EU-leger van 50.000 personen? Of gaat hij opnieuw sputterend door de knieën?

De EU-landen moeten optreden zoals ouders tegen een overmoedige puber die de grenzen opzoekt van de fratsen die hij kan uithalen. Wellicht gaat het bij de Europese Commissie om groeistuipen van een relatief jonge en te snel gegroeide organisatie. Maar ook pubers worden volwassen en gaan zich verantwoordelijker gedragen.

Er is nog hoop, maar we moeten wel alert zijn en blijven werken aan een betrouwbaar Brussel.

Dienend

Als SGP willen we terug naar een dienende, betrouwbare Europese Commissie, die opkomt voor het algemeen belang. Laat de politieke agenda maar over aan de EU-landen en het Europees Parlement - al mag ook dat een paar toontjes lager zingen.

Laten we niet vergeten dat in landen dezelfde problemen spelen met betrouwbaarheid. Nederland kent ook de toeslagenaffaire, waar de belastingdienst zich geen eerlijke dienstverlener toonde. Premier Rutte heeft te vaak “geen actieve herinnering” aan eerdere uitspraken. In die zin is de ontwikkeling van de Europese Commissie niet uniek, maar wel onnodig en zorgelijk.

De Tweede Kamer stelde een commissie- Van der Staaij in om de democratie en vooral de tegenmacht beter te organiseren. Een goed voorbeeld doet goed volgen. Het zou nuttig zijn als het Europees Parlement ook een soort commissie-Van der Staaij instelde voor betere organisatie van het parlement en daarmee een betrouwbaarder Brussel.

 +++

(tekst uit magazine Zicht van WI SGP, oktober 2021)