19 februari 2021
Debat avondklok Eerste Kamer
Lees hier de bijdrage van SGP-Senator Diederik van Dijk aan het debat over de avondklok in de Eerste Kamer.
In de vorige eeuw woonde hier vlakbij een Haagse hervormde predikant, dr. W. Aalders. Hij schreef het volgende: ‘De overheid is de garant voor de orde in de gedragingen van vrije persoonlijkheden binnen het volksgeheel. Wanneer zij de mens echter zó gaat beschermen en verzorgen, dat zijn leven als vrije en verantwoordelijke persoonlijkheid niet meer tot zijn recht komt, dan heeft zij haar grenzen overschreden.’
Hoever reikt de overheidsmacht? Wanneer overschrijdt zij de grenzen die gegeven zijn rond persoonlijke vrijheden? Corona heeft ons in een crisis gebracht. Daarom zijn ingrijpende overheidsmaatregelen te verdedigen.
Maar in crisistijd is het extra noodzakelijk dat die maatregelen rusten op een stevige juridische basis en voldaan wordt aan eisen van proportionaliteit.
Hier beginnen onze kritische vragen over de avondklok. Een maatregel die het bijvoorbeeld verbiedt dat een burger voor het slapen gaan een ommetje in de buitenlucht maakt. Hoe goed dat ook voor zijn welbevinden, fysiek én psychisch, zou zijn. Van een avondwandeling krijgt niemand COVID.
Niet voor niets gebruik ik dit voorbeeld. Het is kenmerkend voor de huidige aanpak. Een oud-collega mailde mij een hartekreet:"Draait alles om fysieke gezondheid? Hoe zit het met de andere waarden? Mentale gezondheid? Omzien naar elkaar? Barmhartigheid?”
Hoe waarborgen we dat ook die andere waarden beter worden meegewogen in het beleid? Die weging van verschillende waarden moet door de politiek gebeuren. Politici mogen deze verantwoordelijkheid niet afschuiven op wetenschappers en experts.
En dan nog het volgende over het coronabeleid waarvan de avondklok een symptoom is. Veel mensen ervaren die klok als een soort genadeslag, terwijl ze zich al aan zoveel regels moeten houden. De overheid handelt nog steeds vanuit crisismanagement. Steeds meer activiteiten worden verboden met steeds meer strengheid. Is dit de goede route? Moeten we steeds strenger worden of moeten we meer uitleggen en verleiden? Is het niet de hoogste tijd om aan een andere manier van beïnvloeding te doen? De huidige aanpak kan mensen ook recalcitrant maken en averechts werken.
Is het niet symptomatisch dat juist wanneer er een rechter komt die de burger beschermt tegen een al te goedbedoelende overheid, die overheid nog hardnekkiger naar juridische middelen grijpt om de burgers in de greep te houden? Zou dit niet tot bezinning moeten leiden?
De avondklok zet dit alles op scherp. Er bestaat geen objectiveerbaar bewijs met betrekking tot de effectiviteit van de avondklok. Nu het kabinet toch zo fanatiek vasthoudt aan deze maatregel suggereert het kabinet dat feiten er niet werkelijk toe doen in het gevoerde beleid. Maar dat het er slechts om gaat de spanning erop te houden. Dit ondermijnt het draagvlak. Hoe ziet de minister dit?
Het vonnis van de voorzieningenrechter was helder; de Wbbbg had niet ingezet mogen worden als grondslag voor de avondklok. Als gevolg van de uitspraak van de voorzieningenrechter, de schorsing van deze uitspraak en het hoger beroep dat vandaag loopt, is er nu sprake van twee sporen van wetgeving waarin de avondklok geregeld wordt. Onwenselijk in tijden van crisis waar vertrouwen in de aanpak belangrijk is. Waarom doorgaan met de Wbbbg en onderliggend wetsvoorstel als vangnet gebruiken? Inmiddels heeft ook de Tweede Kamer uitgesproken dat de Wbbbg route verlaten moeten worden als dit wetsvoorstel wordt aanvaard. Waarom kiest het kabinet hier niet voor?
Hoe ingrijpender de maatregel, hoe hoger de lat. De voorzieningenrechter geeft aan: in het geval van het instellen van een avondklok gaat het om een vergaande beperking van de bewegingsvrijheid van burgers, die noopt tot een zeer zorgvuldig besluitvormingsproces. De stelling van de regering dat een avondklok onvermijdelijk is, is op zijn minst genomen discutabel is en niet erg overtuigend gemotiveerd. Ook de Raad van State zei in het advies op dit wetsvoorstel: regering, u moet de proportionaliteit beter motiveren.
Die proportionaliteit is een heet hangijzer. Wat draagt een avondklok bij aan de virusbestrijding? Het OMT komt met waardevolle adviezen, maar is die 8-13% reductie niet te rooskleurig? Het onderzoek waarin deze cijfers staan, betreft een pakket aan maatregelen.
Wat moeten we als senaat doen als de regering het toetsen van de proportionaliteit van een vergaande ingreep op vrijheden, zoals de avondklok, eigenlijk onmogelijk maakt doordat deze verknoopt is met de aangescherpte bezoekregeling? Wordt de senaat er hier niet op oneigenlijke wijze ingerommeld als de regering ronduit erkent dat de afzonderlijke effectiviteit niet is vast te stellen?
Daarnaast leeft er bij een groot deel van de bevolking bereidheid om de avondklok na te leven. Waarom kijkt het kabinet niet naar de mogelijkheid van een dringend advies?
Neemt de minister de uitspraak van de rechter echt serieus? De rechter heeft niet alleen geoordeeld over de grondslag van de avondklok, maar ook over de proportionaliteit. Die proportionaliteit zie ik in dit wetsvoorstel niet beter geregeld. En let wel, wat betreft proportionaliteit: dat er steun in de Tweede Kamer is en er OMT adviezen liggen wil nog niet zeggen dat dit wetsvoorstel proportioneel is in de ogen van de rechter.
Proportionaliteit is een juridische kwalificatie, geen politieke. De voorzieningenrechter oordeelde hier eerder over. Het kabinet zal glashelder moeten aantonen dat de avondklok in verhouding staat tot de maatschappelijke gevolgen. Waarom denkt de minister dat dit wetsvoorstel wel proportioneel zal worden geacht?